Muzelmans’ familieplaatje

“Hun leven is kort, maar hun aantal eindeloos: zij, de muzelmannen, de verdronkenen, vormen de ruggegraat van het kamp, een anonieme massa, voortdurend vernieuwd en altijd identiek, van niet-mensen die wandelen en werken in stilte, de goddelijke vonk dood in hen, te leeg reeds om echt te lijden.”

(eigen vertaling van)

“Their life is short, but their number is endless: they, the Muselmänner, the drowned, form the backbone of the camp, an anonymous mass, continually renewed and always identical, of non-men who march and labor in silence, the divine spark dead within them, already too empty to really suffer.”

Primo Levi: Survival in Auschwitz: The Nazi Assault on Humanity.- New York: Simon & Schuster 1996 [first published as If This Is a Man], p. 90. Zie ook hier voor wat achtergrond. En hier (nr.2) voor het onvergetelijke “Muzelman” van Aleksander Kulisiewicz. Giorgio Agamben maakte van de “muselman” een filosofisch onderwerp, zoals bijvoorbeeld hier.

Een gedachte over “Muzelmans’ familieplaatje

  1. janjacquemyn zegt:

    Al die jaren reeds kijken we met een kort geheugen naar de gestorvenen, de gevallenen van een nooit eindigende niet-dialoog; als waren mensen in het ene kamp van een andere soort dan die van het andere kamp, alsof de bloedstroom ooit een kleur kon bekennen of alsof het kloppen van het hart in een angstig lijf ooit een ergernis kon worden om uit te gommen; zo gaan we verder in een kort en geheugenswaardig bestaan en zien niet om, zien niet om; kijkend naar navels, blote buiken, lange baarden, splinters en nooit naar de balken in eigen ogen …

Plaats een reactie